Lentereis Frankrijk 2010 "Rondreis door de Ardeche"
Vertrekdag
Donderdagmiddag 15h00, de Zwerver staat vertrekkensgereed en wij ook. Ons lentereisje gaat richting Frankrijk, meer bepaald de Ardeche en loopt van 6 mei tot en met 15 mei. De weerkaarten voor Europa zien er voor de komende week niet al te schitterend uit maar voor de Ardeche ziet het er niet bepaald echt slecht uit. We vertrekken richting Lyon en de navigatie geeft aan dat een omweg via Reims ons een extra 15 km rijden zal kosten maar in ruil moeten we niet over Parijs, dus de keuze is vlug gemaakt. Het is heel rustig langs de weg en we rijden door tot het donker wordt. Een zestigtal kilometer voor Lyon rijden we van de snelweg en rijden tot aan het eerste dorpje waar we ons parkeren aan de kerk. Content dat we reeds zover gevorderd zijn gaan we slapen.

Dag 1
's Morgens wakker geworden door de schoolgaande jeugd die zich naar de nabij gelegen school begaf. Na het ontbijt vertrekken we en eens voorbij Lyon gaan we van de snelweg en komen we de Ardeche binnen aan de Noordzijde. Onze eerste stop is de ruïnes van Château de Rochebonne, die gelegen is hoog boven de rechteroever van de Eyrieux op ongeveer 3km van St-Martin- de-Valamas. De ruïne ligt maar op 10 minuten wandelen van de parking en geeft een mooi zicht over het dal. De volgende stop van de dag is de hoogste berg van de Ardeche, namelijk de "Mont Le Gerbier de Jonc" gelegen in het massief van Mézenc. Op weg naar de berg zien we hier en daar nog wat sneeuw liggen, later zal blijken dat er nog veel sneeuw gevallen is op het einde van april. De bergkam ligt tussen het stroomgebied van de Loire en dat van de Rhône. Je kan op de vulkanische koepelberg wandelen tot aan de top en onderaan de helling kan je een wandeling maken naar de bronnen van de Loire, maar dat is allemaal voor morgen, eerst gaan we een plaats zoeken om te overnachten. We vinden die een tiental kilometer verder in Lachamp-Raphaël, een eenvoudige camperplaats met zicht op het dal, servicestation, vuilbakken en een picknicktafel.

Dag 2
'Bij het ontwaken bleek het maar 8 graden te zijn in de Zwerver, vlug de kachel aangestoken en vooraleer terug in bed te springen even buiten gekeken. Een dikke mist verstoorde onze planning om de klim naar de Mont Le Gerbier de Jonc aan te vangen als ook het zoeken naar de bronnen van de Loire kon niet doorgaan. We reden naar Saint-Eulalie waar ze ons op de toeristische dienst wat nuttige info gaven maar ook dat het weer de komende dagen alleen nog slechter kon worden, dat belooft............ We rijden verder en belanden in Montpezat-sous-Bauzon waar we proberen een Wifi-hotspot te bemachtigen om te zien hoe het weer zich gedraagt in andere regio's, helaas zonder succes. Na de middag vertrekken we naar het middeleeuws ogend dorpje Meyras waar we een wandeling door het dorp maken, natuurlijk gewapend met paraplu. In de straten van Meyras zijn 12 schilderijen gemaakt die het dorpsleven uit de jaren 1920 weer geeven, het is pas begin mei en van levendige terrasjes en bloeiende bloemen is er nog niet veel te zien. Onze laatste stop van de dag is Thueyts waar er een overnachtingsplaats is, maar eerst maken we nog een wandeling naar de bekende "Pont de Diable". Via de Chaussée des Géants (Reuzenweg) die toegankelijk is vanuit het dorp door middel van een smalle, steile trap "de Echelle du Roi" die gemaakt is in een natuurlijke breuk in het basaltgesteente. Aan de Belvédère de la Gueule-d’Enfer verderop heb je een mooi uitzicht op de Cascade de la Gueule-d’Enfer (de Waterval van de Hellemuil), waar de Ardèche een diepe duik maakt. Je hebt er ook zicht op de basaltstroom én op de Pont du Diable. Deze indrukwekkende Romaanse boogbrug zou volgens de legende gebouwd zijn door de duivel. Na de natte wandeling houden we het voor bekeken en houden het verder rustig in de Zwerver. Het weer verbetert er niet op, maar morgen zien we wel .........

Dag 3
Na een regenachtige nacht vertrekken we naar Jaujac, we rijden via Neyrac-les-Bains en krijgen op de route mooie uitzichtpunten naar basalt-formatie's "Le Coulées Basaltiques". De steile rotswanden langs het riviertje bestaan uit donkerrood gekleurde vulkanisch gesteente, ook een mooie Romeinse brug passeert de revue. Met behulp van de Tomtom nemen we vanuit Jaujac de korste weg naar Vals-les-Bains. In het stadje is het tijdens het hoogseizoen een drukste van jewelste maar nu was alles zo doods en stil. Vals-les-Bains heeft heel wat gebouwen en parken die herinneren aan de Belle Epoque tijd en de 150 bronnen bevatten nog steeds heilzame krachten. Onze stadswandeling eindigt bij de ”Source Intermittente”, een natuurlijke waterfontein die om de 6 uur zijn water metershoog de lucht inspuwt, helaas het tijdstip paste niet voor ons (hadden hem vroeger al werkende gezien). Na de middag rijden we naar Aubenas, een stadje boven op een heuvel waar we met paraplu een wandeling door de stad maken. Van daaruit vertrekken we naar Vinezac, een karakterdorpje met de restanten van een oud kasteel, het is ondertussen gestopt met regenen,............... joepie. Na nog een tussenstop gemaakt te hebben in L'argentiere rijden we naar Rosieres waar we een plaatsje zoeken voor de nacht.

Dag 4
Na een rustige en droge nacht vertrekken we naar Ribes waar we op zoek gaan naar oude sarcofagen die in de rotsen zijn uitgehouwen, de wandeling duurt een tweetal uren en we worden vergezeld door de zon,.......... zalig. Na de picknick rijden we verder naar Les Vans, een stadje met 17de en 18de eeuwse huizen. Bij aankomst werden de hemelsluizen terug opgedraaid en daardoor viel onze stadsverkenning letterlijk en figuurlijk in het water. Dan maar verder .............. de volgende stop is Banne. De naam van het dorp is afkomstig uit het oude Keltisch en betekent top of piek. Het dorp is gebouwd op de helling waar de kalkvlakte de eerste uitlopers van de Cevennen ontmoet. Het dorp bestaat uit twee gehuchten en die liggen rond de vesting en de kerk. De restanten van het kasteel zijn zeker een bezoekje waard. Het kasteel is gebouwd op een bergpunt. De vesting is in de Middeleeuwen gebouwd en in de Renaissance tot een woonkasteel verbouwd. Helaas ging het kasteel in de Franse Revolutie verloren. In een tijd waarin stenen waardevol waren werden ze gebruikt voor de bouw van de huizen in het dorp. Na onze wandeling in het zonnige Banne rijden we richting Barjac waar we net voor het stadje een camping aandoen. Gegrom en gegrol in de verte, dat voorspelt niet veel goeds,.............. onweer op komst.

Dag 5
Vandaag rijden we door naar Pont Saint Esprit, een stadje op de grens van de Ardeche en de Gard. Na het plegen van wat mondvoorraad gaan we op zoek naar de plaats waar de Ardeche in de Rhône vloeit, op deze wandeling komen we ook nog een mooie 13e eeuwse brug tegen die de Rhône overspant, de brug is 191m lang en rust op 25 bogen, vanaf de brug heb je een mooi uitzicht op de stad. We rijden verder naar Saint Martin d' Ardeche waar we opnieuw een zondvloed meemaken, de straten worden rivieren, de parkings laag naast de Ardeche zijn volledig onder water gelopen, van strandjes is niks meer te vinden en de Ardeche is een kolkende bruine watermassa geworden die veel takken en stukken bomen meevoert stroomafwaarts. Na een luidruchtig middagmaal (regen op het dak) gaan we bekijken hoe het verder moet die dag, want met zo'n rotweer ..................stop, niet meer zoeken de zon is daar terug. We maken een wandeling door het dorpje en rijden nadien over een smalle hangbrug naar Aiguèze. Het dorpje behoort tot een van de mooiste dorpen van Frankrijk en heeft heel wat mooie straatjes en steegjes die het bezoeken zeker waard zijn. Vanop de flank van het dorp heb je een mooi uitzicht op het begin van de Gorges d' Ardeche. We laten Aiguèze achter ons en rijden via de hangbrug terug naar Saint Martin d' Ardeche waar we de route "Gorges d' Ardeche" nemen. Op de route zijn tal van parkings voorzien om een blik te werpen over de caynon, wij zijn overal gestopt omdat iedere stopplaats weer een ander uitzicht biedt over de Ardeche. Dit is natuurlijk een groot voordeel in het laagseizoen want de ervaring heeft geleerd (20 jaar geleden) dat je tijdens de zomermaanden praktisch geen plaats vind om te stoppen en zo veel mooie natuur niet kan ontwaren. Aangekomen in Vallon Pont d'Arc stoppen we bij de gelijknamige natuurlijke boogbrug. Door de vele regen van de afgelopen dagen is de wandelweg naar de boogbrug overstroomd, maar via een omweg kunnen we de brug toch tamelijk dicht benaderen. Van al dat in en uitstappen heb ik grote dorst gekregen, nu vlug de camperplaats in Vallon Pont d'Arc gaan zoeken en ons installeren voor de nacht. Vanavond zien we voor het eerst sterren aan de hemel, zalig...............

Dag 6
Waaaw, wakker worden met de zon op onze voorruit. Na het ontbijt vertrekken we naar Sampzon waar we een flinke wandeling maken naar "Le rocher de Sampzon", het weer is helder en we hebben rondom de berg een mooi uitzicht over de Ardeche. We rijden verder en houden halt in Ruoms. Er is een oude binnenstad maar al bij al stelt dat niet veel voor. Wel leuk was de toeristische drukte in de winkelstraat van Ruoms, een straat vol met toeristenwinkeltjes waar je van alles kon kopen. Na de middag rijden we verder stroomopwaarts en houden halt net voor Chauzon. We steken de Ardeche over en gaan wandelen tot aan de "Cirque des Gens" een mooi ronde rotswand die door de eeuwen heen uitgesleten is door het water. De tocht zet zich verder richting Balazuc, een mooi karakterdorp boven op een rots aan de oever van de Ardeche. Het dorp bestaat uit allemaal kleine straatjes, steegjes en doorkijkjes. De huizen zijn klein, oud en schattig. Tijdens de zomermaanden zijn de huisjes versierd met prachtige bloemen en planten, de muren begroeid met klimop, nu daarentegen toont alles koud en kil aan, mede omdat het weer is beginnen regenen. Na een nat dorpsbezoek rijden we nog een stukje tot in Vogüé waar een camperplaats is, we ontsteken weeral ons kacheltje en blijven voor de rest van de dag lekker binnen.

Dag 7
Buiten "Chateau de Vogüé" is er niet veel te bezoeken in Vogüé en mede door het slechte weer zit onze rondrit in de Ardeche er reeds op. Het was de bedoeling om nu en dan eens een rustdag in te lassen en te luieren op een camping in het zonnetje maar de weergoden hebben daar anders over beslist. We bestuderen de kaart en besluiten om terug te rijden naar ons beginpunt van de reis, namelijk de "Mont Le Gerbier de Jonc". We doen het op ons gemak en nemen daarom veel kleine weggetjes over en langs de bergen, dit levert ons mooie natuurbeelden op tussen de laaghangende wolken door. Na een paar tussenstops komen we in de late nammiddag aan op de camperplaats van Lachamp-Raphaël. Al de sneeuw is ondertussen verdwenen en we hebben een mooi helder zicht over het dal, dat belooft voor morgen.

Dag 8 & 9
'Heel vroeg in de ochtend wakker gekomen, de wind beukt in op de Zwerver en ......... jawel het regent. We beslissen om om toch eens naar het vertrekpunt naar de wandeling "de Gerbier de Jonc" te rijden maar bij aankomst is de top van de berg niet zichtbaar door de laaghangende bewolking, het waait hard en het regent.................. dit is het einde van onze vakantie. We stellen de gps in richting "thuis" en op een rustig tempo rijden we tot in Baune waar we op de gemeentecamping nog wat nakaarten over de afgelopen week. Op de terugweg door de Champagnestreek zijn we nog eens gestopt bij ons Champagneboerinnetje en hebben we ook nog wat aan window-shopping gedaan in Reims en rond 18 uur de laatste rit naar huis.

De Ardeche in het kort
De ardeche is een mooie streek om in te vertoeven, zowel voor een rondrit als voor een weekje camping aan de oever van de Ardeche. De streek biedt veel meer toeristische toppers als degene die hierboven beschreven zijn, in onze vorige Ardeche reis werd al veel bezocht. Wat ik wel gemist heb in onze reis (begin mei) is de sfeer door de toeristische drukte, de overvolle terrasjes, de bloemen, de kayakkers en ............... de zon.
Bij ons is alles de revue gepasseerd, regen, mist, donder, blksem, sneeuw en wind maar toch was het een plezante reis. Of we ooit nog teruggaan, jawel ........... om de afvaart van de Ardeche te doen met een kano, dit moet fantastisch zijn om zo diep in de caynon te peddelen met rond je die enorme wanden van rots en gesteente..........